Wanneer je emoties begint te omarmen – goed of slecht – begin je in jezelf een kwetsbaarheid te ontluiken die verbinding mogelijk maakt.
Maar dit is voor de meesten van ons niet iets natuurlijks en gemakkelijks. Vooral als mannen omarmen we niet bepaald onze emoties, laat staan de emotie van angst.
Omdat ervoor wegduiken op de korte termijn nu eenmaal de weg is van de minste weerstand, vluchten we er vaak voor.
We proberen logica te gebruiken om na te denken, of te analyseren hoe we ons een weg kunnen banen door situaties die daar helemaal niet om vragen. De logica dient ons daar niet, en schiet tekort.
Want er zijn dingen in ons leven die geen, of heel weinig, ruimte laten voor logica. Zoals de dood. De meest brute waarheid van allemaal.
Het negeren van de onvermijdelijkheid van de dood is onmogelijk. Maar toch doen we onze uiterste best omdat het erkennen van de eindigheid ervan, de meest ongemakkelijke en confronterende vragen oproept:
Heb je onafgemaakte zaken? Laat je open eindjes achter? Waar pak je niet mee door, terwijl je dat eigenlijk wel graag zou willen en moeten?
Dat is precies hoe. Wanneer je de eindigheid van het lot van de dood hier in dit leven op aarde accepteert, begin je het moment te waarderen, en die waardering leidt je naar diepere bronnen van zuiver geluk.
Vaak hebben we de indruk dat we erop uit moeten gaan om geluk te zoeken. Dat we het eerst zelf moeten verwezenlijken. Door dingen te kopen, dingen te kijken, dingen te bereiken, aandacht te krijgen, populair te worden.
Het zóéken van extern voorwaardelijk geluk – iets waar we geen, of maar ten dele controle over hebben – versus intern geluk te vinden.
Door te ontdekken dat het iets is dat we gewoon kunnen zijn. Zonder alle talloze voorwaarden die we zelf hebben gecreëerd.
Geluk gaat over het terugkeren naar die kernwaarheid. En ons eraan te herinneren – dagelijks – dat het al in ons zit. Dit klinkt als een groot cliché en toch is het zo gemakkelijk om deze waarheid te vergeten, in de afgeleide wereld van vandaag de dag.
Een afgeleide wereld met dagelijks ontelbaar veel verleidelijke maar uiteindelijk lege prikkels, die ervoor zorgen dat we continue afgeleide gedachten hebben.
De waarheid is dat ons geluk ook een bewuste keuze is. Maar onze ambitie maakt ons wijs dat dit niet zo is.
We vergeten de kleine overwinningen te vieren, omdat we zo op jacht zijn naar de grotere. We houden onszelf voor de gek door te denken dat we steeds meer en meer nodig hebben.
Maar we hebben zelf het vermogen om met onze mentale zaklamp die dingen te belichten die ons gelukkig maken, of de dingen die ons verdrietig maken. Al naar gelang de gedachten die spelen in ons hoofd.
Het is onze keuze waar we onze aandacht op richten en ons op focussen. Net als de bijbehorende verhalen die we onszelf vertellen en de labels die we op de gebeurtenissen plakken.
Wanneer we ons kunnen ontdoen van de conceptuele mind – het deel van ons dat altijd op de automatische piloot functioneert en daarom onze standaardmodus is – dat altijd meer en meer en meer wil, en voor wie het NOOIT genoeg is.
Als we daarvan afkomen, een shift maken, en in plaats daarvan zo diep als we kunnen, afdalen in ons bewustzijn, in waardering voor het huidige moment….
DAT is het moment waarop het echte geluk kan beginnen te stromen.
En dat begint allemaal met mentaal even stilstaan en het maken van een bewuste beslissing. Elke dag opnieuw. Het gaat over gewoontes en rituelen die ons dienen.
Dat traint onze mind en daarmee onze mindset, en het haalt de voorkeur af van ons functioneren als ziel voor ons standaardbrein, op de automatische piloot.
Dan kunnen we leren gelukkig te worden, in plaats van alleen maar te overleven; iets waar onze hersenen voor geconditioneerd zijn.
Focussen op dingen waar we dankbaar voor zijn, in plaats van wat er ‘misgaat’ en allerlei dingen te verwachten die nooit gerealiseerd kunnen worden.
Dagelijkse dankbaarheid uitoefenen en onze aandacht laten stromen naar de dingen die goed zijn in ons leven.
En dat is een beslissing die we nu kunnen nemen.
Het is moeilijk om van hoofdzakelijk, of zelfs permanent, boos of neerslachtig, naar continu genot te gaan, en dat hoeft gelukkig ook niet want het is niet realistisch.
Vaak denken we dat ‘gelukkig zijn’ puur genot is. Euforie. En door social media lijkt het soms – doordat we slechts 1 laag zien – of de buitenwereld altijd in die staat van zijn leeft.
Maar als het dat continu zo zou moeten zijn, zou dat naast onrealistisch, ook behoorlijk vermoeiend zijn.
Genot, of ultieme voldoening (een euforisch gevoel) is een hoog niveau van geluk, maar het is slechts één laag van gelukkig zijn. Zoals er verschillende lagen zijn:
Begin bij de eerste laag, en de andere zullen volgen. Acceptatie van dat wat er is en acceptatie van onszelf; ons leven tot nu toe en wie we nu zijn. Niet als slachtoffer, maar als een gegeven wat ons kracht geeft.
Als de dood hier op aarde definitief is, hoe kunnen we dan gelukkig zijn?
De dood is de waarheid. We kunnen beter niet tegen onszelf liegen en zuiver zonder oordeel al onze emoties onder ogen zien, vooral die van angst.
Als we dat doen – en het met aandacht doen – zullen we voelen dat ze van vorm zullen veranderen.
De angst zal vervolgens ‘opmerken’ dat we niet zo bang meer zijn. We houden er niet meer aan vast. Ons verzet is overgegaan in; gewoon zijn.
Langzaam verliest het z’n grip op ons en uiteindelijk zal het verdwijnen. Misschien niet voor altijd, maar zeker structureel.
Bewust focussen we ons op andere dingen. De waardering voor alle kleine momenten op ons pad. De ‘kleine’ dingen waar we vandaag dankbaar voor kunnen zijn, en die ineens grote dingen kunnen blijken.
De acceptatie en de waardering kan uitgroeien naar dankbaarheid en (zelf)liefde.
Dan zijn we erin geslaagd de realiteit van de dood als gegeven te accepteren, zonder hem al te veel aandacht te schenken. Want we zijn veel te druk met het bewust invullen van onze kostbare tijd hier.
We hebben de ultieme onverstoorbaarheid bereikt.
Net als de seizoenen, de wind, de zon en de regen – die ook zelf ieder afzonderlijk een onveranderlijk gegeven zijn – laten ook zij de dood zijn, zonder erdoor te verblikken of te verblozen.
Eén met de natuur als constante; veranderlijk als de seizoenen, maar tegelijkertijd onbewogen als een grote kei.
We can be like they are. (Wij kunnen zijn zoals zij.)
All our times have come
Here but now they’re gone
Seasons don’t fear the reaper
Nor do the wind, the sun or the rain
We can be like they are
Come on, baby (don’t fear the reaper)
Baby, take my hand (don’t fear the reaper)
We’ll be able to fly (don’t fear the reaper)
Baby, I’m your man
La, la, la, la, la
La, la, la, la, la
Valentine is done
Here but now they’re gone
Romeo and Juliet
Are together in eternity (Romeo and Juliet)
40, 000 men and women everyday (like Romeo and Juliet)
40, 000 men and women everyday (redefine happiness)
Another 40, 000 coming everyday (we can be like they are)
Come on, baby (don’t fear the reaper)
Baby, take my hand (don’t fear the reaper)
We’ll be able to fly (don’t fear the reaper)
Baby, I’m your man
La, la, la, la, la
La, la, la, la, la
Love of two is one
Here but now they’re gone
Came the last night of sadness
And it was clear she couldn’t go on
Then the door was open and the wind appeared
The candles blew and then disappeared
The curtains flew and then he appeared
Saying don’t be afraid
Come on, baby (and she had no fear)
And she ran to him (then they started to fly)
They looked backward and said goodbye (she had become like they are)
She had taken his hand (she had become like they are)
Come on, baby (don’t fear the reaper)